Rode kool

“Jouw man heeft gisteren rode kool gezaaid”, begon de buurman voorzichtig, “maar volgens mij is hij nogal enthousiast geweest.” Ik keek hem verbaasd aan. “Als dat zaad allemaal opkomt, hebben jullie veel te veel. Hij heeft wel acht bakken vol gezaaid! En áls je zaait”, ging hij haastig verder, “kun je beter potgrond gebruiken. Maar je man heeft gewoon grond uit de tuin gepakt.” Ik moest lachen en dacht aan de tray met blubberige substantie die ik in de kas had zien staan. Dus dát was het: rode kool, en nog wel in overvloed!

Eerlijk gezegd maak ik me er nog niet zo’n zorgen over. Wat wij tot nu toe gezaaid hebben in de hoop het te laten voorkiemen, is nog niet erg gelukt. Sterker nog, het zijn de stekjes die ik van onze buurman krijg, waardoor ik nog een beetje hoop heb dat er ook maar iets van de grond komt dit seizoen. Hij heeft me al meerdere potjes met kleine plantjes gegeven: koolrabi, zwarte tomaat, paksoi. En die groeien! (Dat gezegde over een goeie buur geldt overduidelijk ook voor moestuinen).

Ik dacht aan de tray met blubberige substantie die ik in de kas had zien staan. Dus dát was het!

Dit gesprekje met de buurman had ik een paar dagen geleden, in het weekend. Vandaag las ik 2 Korinthe 9:6-11 en moest er direct aan terug denken:

Bedenk dit: wie karig zaait, zal karig oogsten; wie overvloedig zaait, zal overvloedig oogsten. Laat ieder zo veel geven als hij zelf besloten heeft, zonder tegenzin of dwang, want God heeft lief wie blijmoedig geeft. God heeft de macht u te overstelpen met al zijn gaven, zodat u altijd en in alle opzichten voldoende voor uzelf hebt en ook nog ruimschoots kunt bijdragen aan allerlei goed werk. Zo staat er geschreven: ‘Gul deelt hij uit aan de armen, zijn rechtvaardigheid houdt stand, voor altijd.’ God, die zaad geeft om te zaaien en brood om te eten, zal ook u zaad geven en het laten ontkiemen, zodat uw vrijgevigheid een rijke oogst opbrengt. U bent in ieder opzicht rijk geworden om in alles vrijgevig te kunnen zijn, en uw vrijgevigheid leidt door onze bemiddeling tot dankzegging aan God.

Royaal zaaien, daar houdt God blijkbaar ook van. Of het nu gaat om een collecte waarmee armen worden ondersteund (want daar heeft Paulus het over) of om rode kolen – God vindt het heerlijk als we royaal uitdelen aan wie het nodig heeft.

Het leven begint met zaaien

Uitdelen van je overvloed, vrijgevig zijn, dat vraagt om een bepaalde mentaliteit. Je kunt je overvloed namelijk ook voor jezelf houden. Van de week las ik dat Nederlanders steeds minder geld geven aan goede doelen. In 1999 werd nog 0,96 procent van het bruto binnenlands product aan goede doelen geschonken, in 2015 nog maar 0,77 procent. Ik snap dat wel. Alle berichtgeving over de crisis zorgen dat je de hand op de knip houdt, de knijper op het zakje met zaad. Maar het leven begint met zaaien.

Dus terug naar de rode kool. Stel dat het toch lukt, dat kiemen. Zitten wij straks met vijfentwintig rode kolen. Iemand nu al interesse in een stekje of een volgroeide kool? Steek je vinger maar op!

Joyce

PS: Onze buurman deelt stekjes uit en gratis moestuinadvies. Wat ga jij uitdelen vandaag?